Bewoners Amsterdam-Noord willen af van chemische stank en strijden voor gezonde lucht

Iedereen wil veilig wonen, schone lucht inademen en zonder zorgen buitenspelen met zijn kinderen. Maar in Amsterdam-Noord leven bewoners al jaren met een vieze stank en giftige uitstoot van chemische bedrijven. Samen met andere bewoners vormde Thijs één stem in de strijd voor gezondere lucht: burgerinitiatief Adem Vrij aan het IJ. Op Slachtofferwijzer vertelt hij wat deze strijd met hem doet – en wat er volgens hem móét veranderen.

Iedereen wil veilig wonen, schone lucht inademen en zonder zorgen buitenspelen met zijn kinderen. Maar in Amsterdam-Noord leven bewoners al jaren met een vieze stank en giftige uitstoot van chemische bedrijven. Samen met andere bewoners vormde Thijs één stem in de strijd voor gezondere lucht: burgerinitiatief Adem Vrij aan het IJ. Op Slachtofferwijzer vertelt hij wat deze strijd met hem doet – en wat er volgens hem móét veranderen.

Thijs verhuisde acht jaar geleden met zijn vrouw naar Tuindorp Oostzaan. Ze staken duizenden uren in het opknappen van hun jaren 30-woning en maakten er iets prachtigs van. Maar al snel merkten ze dat het in de buurt – en met de ramen open ook in huis – vaak stonk. Via een buurtapp ontdekten ze de oorzaak: ICL Fertilizers en Bunge, twee fabrieken in het Westelijk Havengebied.

Dag en nacht stankoverlast

De sojalucht van fabriek Bunge herkennen ze inmiddels als geen ander. Maar vaak hangt er een nog veel scherpere stank in de lucht. Een mix van verbrand rubber, verf en andere chemische luchtjes, die volgens de bewoners zonder twijfel van kunstmestfabriek ICL afkomt. Het blijkt vooral om zoutzuur te gaan, en dat geeft zorgen: het steeds weer inademen daarvan kan niet gezond zijn.

“We zouden zonder zorgen met onze kinderen moeten kunnen buitenspelen.”

Thijs: “Inmiddels hebben we twee fantastische dochters van 2 en 4 jaar, een gezellig maar druk bestaan. Naast onze drukke banen hebben we eigenlijk geen tijd om te moeten strijden voor gezondere lucht. Maar ik zie geen andere mogelijkheid: we zouden zonder zorgen met onze kinderen moeten kunnen buitenspelen. Het is niet normaal dat je honderden meters verder moet lopen naar een speeltuin waar de stank minder is.”

Ook ‘s nachts valt er niet aan te ontsnappen. Thijs: “Voor een goede ventilatie slapen we het liefst met de ramen open. Maar het stinkt vaak zo erg dat mijn vrouw er wakker van wordt en de ramen toch weer dicht moeten. Dat geeft een gevoel van machteloosheid – mijn vrouw zei zelfs: ‘Als dit zo doorgaat, wil ik hier weg.’”

Mooie woorden, weinig daden

De weinige vrije tijd die Thijs heeft, zou hij liever met zijn gezin doorbrengen. Toch besloot hij zich actief in te zetten voor gezondere lucht in Amsterdam-Noord. Hij en zijn vrouw bleken niet de enigen die de stank zat waren. Ook andere buurtbewoners hadden veel last van de stank, en zelfs van klachten als prikkende ogen, keelpijn en hoofdpijn.

Samen vormden ze één stem: het burgerinitiatief Adem Vrij aan het IJ. Ze deden Woo-verzoeken, hielden demonstraties en spraken met mensen uit de politiek. Het initiatief verscheen vaak in de media en kreeg steun van partijen als SP en GroenLinks. Ook gaven ze ICL een boek met persoonlijke verhalen van bewoners, hopend op begrip en verandering.

“ICL staat op plek 2 in Nederland als het gaat om het aantal klachten – dat zegt toch genoeg?”

De leden van Adem Vrij aan het IJ spreken regelmatig in bij de gemeente, zo ook Thijs in mei 2024. Hij vertelde daarbij over de grote invloed van de stank op de bewoners en vroeg dringend om maatregelen. Maar ondanks alle aandacht, begrip, steun en beloftes gebeurt er weinig om de overlast van chemische stank te verminderen. Dat het steeds bij mooie woorden blijft, stelt de omwonenden keer op keer diep teleur.

Thijs: “ICL zegt steeds ‘ermee bezig te zijn’, maar hun acties laten zien dat ze ons niet serieus nemen. De gemeente begrijpt onze zorgen, maar lijkt weinig macht te hebben. Het is vooral de omgevingsdienst die moet ingrijpen, maar die heeft bijvoorbeeld te weinig personeel om meldingen goed te onderzoeken.”

De meldingen worden bijna nooit officieel gekoppeld aan ICL, terwijl omwonenden zeker zijn van de oorzaak. Thijs: “ICL staat bij de omgevingsdienst op plek 2 in Nederland als het gaat om het aantal klachten. We hebben het over vele honderden meldingen van een scherpe, chemische lucht.”

Thijs noemt ook de ‘Kankeratlas’ van het RIVM, die aangeeft hoe vaak longkanker in zijn buurt voorkomt. “Ook daar maken we ons zorgen over”, legt hij uit. “Op dat kaartje is Amsterdam Noord-West donkerrood gekleurd. Die uitslag vraagt om bevolkingsonderzoek naar de oorzaak daarvan.”

244 keer meer uitstoot dan toegestaan

ICL zou de uitstoot van zoutzuur schoner moeten maken met een speciale installatie, een ‘druppelvanger’. Maar uit nieuwe metingen van de omgevingsdienst blijkt deze installatie nog maar 1% van de uitstoot te vangen. In 2015 werkte hij volgens ICL nog voor 43% – toen dus al slecht, nu bijna helemaal niet meer. Thijs: “Het is schokkend dat de slechte werking al jaren bekend is, en er al die tijd niets is gebeurd.”

“De installatie die de uitstoot schoner moet maken, werkt maar voor 1%. Dat is jarenlang bekend, maar er gebeurt niets.”

Hij vertelt verder: “De vergunning van ICL is verouderd en houdt nog geen rekening met de strengere Europese uitstootregels. De nieuwe regel is maximaal 0,5 mg/m3 zoutzuur, maar met deze vergunning mag ICL 10 keer zoveel uitstoten. Uit de nieuwe metingen blijkt dat ze in werkelijkheid zelfs 122 mg/m3 zoutzuur uitstoten – 244 keer zoveel. Dat is bizar, en ondertussen gaan ze er gewoon mee door.”

Naar aanleiding van de cijfers uit deze nieuwe metingen legde de omgevingsdienst ICL een boete op van €125.000. ICL maakte bezwaar en er volgde een rechtszaak. Hoewel de cijfers leidden tot een boete en rechtszaak, werden ze lang stilgehouden en pas na een Woo-verzoek openbaar gemaakt. Ook dat zit Thijs hoog: “Het gaat om onze gezondheid; het geheimhouden van cijfers maakt de situatie alleen maar verdachter.”

Thijs: “In onze groep zit een advocaat en die liet de stukken lezen aan een oud-rechter, die ervan schrok. Ook zij noemen de regels die nu voor ICL gelden veel te soepel, en mogelijk zelfs strafbaar. Toch lijkt het voor de overheid juridisch te ingewikkeld om echt te kunnen ingrijpen, en dat maakt me kwaad. Hoe kan het dat een fabriek zich zó slecht kan gedragen, in een land als Nederland?”

Niets doen is geen optie

De lange adem van deze strijd weegt soms zwaar. Sommige leden van de groep zijn gestopt, omdat het veel energie en tijd kost en weinig resultaat geeft. En er zijn momenten van teleurstelling, zoals die keer dat geplande structurele luchtmetingen ineens toch niet doorgingen. Ook Thijs twijfelt weleens of het zin heeft om door te strijden – maar niets doen is voor hem geen optie.

“Laat als burger je stem horen totdat je eindelijk serieus genomen wordt.”

Thijs blijft hoop houden op verbetering, zeker nu er een conceptvergunning aan lijkt te komen voor ICL. Het ideale plaatje? Dat ICL een strengere vergunning krijgt, die streng wordt gehandhaafd, én dat ze zich eraan houden. Hij legt uit: “Ik heb pas rust als er maandenlang geen klachten meer zijn en we eindelijk schone lucht inademen.”

Aan mensen in eenzelfde soort situatie zegt Thijs: “Laat als burger je stem horen totdat je eindelijk serieus genomen wordt. En strijd samen. Dan sta je sterker en is het makkelijker vol te houden.”

Wat hij aan beleidsmakers en bedrijven wil meegeven, is simpel: “Stop met uitstellen en mooie praatjes, en neem je verantwoordelijkheid. We hebben strengere regels nodig, betere bescherming voor burgers en minder macht voor bedrijven. Het gaat hier om onze gezondheid en de toekomst van onze kinderen. Dat weegt zwaarder dan winst.”

Tot slot zegt hij: “We vragen geen gouden bergen. Schone lucht en je kinderen veilig laten opgroeien: dat is toch niet te veel gevraagd?”

“Onze gezondheid en de toekomst van onze kinderen wegen zwaarder dan winst.”

Wat vind je goed en wat mis je nog op deze pagina? Laat het ons alsjeblieft weten!