Gitta strijdt al jaren voor een veilige en gezonde leefomgeving voor haar gezin

Wat als je alles doet om gezond te leven, maar vergiftigd wordt in je eigen achtertuin? Gitta woont op een boerderij tussen velden waar vaak en veel bestrijdingsmiddelen worden gebruikt. Al jaren probeert ze haar gezin hier beter tegen te beschermen, maar dat blijkt moeilijker dan gedacht. Op Slachtofferwijzer vertelt ze waar ze tegenaan loopt, wat haar helpt in haar strijd en waarom ze niet opgeeft.

Gitta strijdt al jaren voor een veilige en gezonde leefomgeving voor haar gezin.

Toen het gezin van Gitta de boerderij in Noord-Holland te koop zag staan, leek het het perfecte plaatje. Rust, ruimte en ontspanning – precies waar ze naar hadden uitgekeken. Er zou zo nu en dan open teelt zijn naast veehouderij, waardoor af en toe bestrijdingsmiddelen zouden worden gespoten. Maar die middelen bleken een veel grotere rol in hun leven te gaan spelen dan verwacht.

Binnen blijven voor je gezondheid

Drie jaar achterelkaar werd er vijf maanden lang elke week een cocktail aan bestrijdingsmiddelen over de velden gespoten. Op nog geen tien meter van het huis. Inmiddels worden de bloembollen afgewisseld met pootaardappelen. Maar die worden net zoveel bespoten, soms zelfs twee keer per week.

Elke keer als de spuitwagen verschijnt, moet het hele gezin naar binnen. Net als de was die buiten hangt te drogen. En de katten, als het al lukt om die mee te krijgen. Het is een gewoonte geworden voor iets wat helemaal niet normaal zou moeten zijn.

Gitta: “Het advies van het RIVM en de GGD is: zodra er gespoten wordt, alles en iedereen naar binnen halen en de ramen en deuren dicht houden. Maar hoe kan het dat deze cocktail aan gevaarlijke stoffen zo dicht op woningen mag worden gebruikt?”

“Vijf maanden lang, elke week, gif op nog geen tien meter van ons huis. Hoe is dat normaal?”

Van overleg naar strijd

Gitta probeerde het gesprek aan te gaan met de eigenaar van de grond, die de grond aan verschillende telers verpacht. Helaas bracht dit geen blijvende oplossing. Voor Gitta begon hier een lange zoektocht naar een manier om haar leefomgeving veiliger te maken.

Gitta: “Ik verdiepte me in alle regels en wetten. Ik nam contact op met verschillende afdelingen van de gemeente en werd vervolgens doorgestuurd naar de provincie. Ik sprak met politici, deed mee aan participatie-bijeenkomsten en inspraakmomenten om aandacht te vragen voor onze situatie. Maar het voelde alsof er nergens écht naar me werd geluisterd en alsof onze gezondheid er niet toe deed.”

Ze legt uit: “Veel mensen doen het af met een opmerking als: 'Dan verhuis je toch gewoon?’ Een ambtenaar zei ooit: ‘Eigenlijk zou jullie huis gesloopt moeten worden, want het staat de landbouw-activiteiten in de weg’. Ik voel me hierdoor steeds weer onbegrepen en gefrustreerd, maar ook wanhopig. Hoe kan ik mijn gezin beschermen tegen schadelijke activiteiten, als de politiek geen wettelijke maatregelen neemt die onze gezondheid beschermen?”

Gitta besefte al snel dat als ze niets doet, er helemaal niets verandert. Na de vele gesprekken die ze al gevoerd heeft, blijft ze het daarom nog altijd proberen.

Gitta: “Na drie jaar van het kastje naar de muur te zijn gestuurd, lijkt er nu meer bewustwording te komen. Maar gemeenten en provincies lijken handelingsperspectieven te missen. Niemand lijkt het lef of de wil te hebben om andere keuzes te maken. Keuzes waarmee het belang van de economie en het belang van een gezonde samenleving meer in evenwicht komen.”

“Wat als blijkt dat wat hier gespoten wordt, veel schadelijk is dan altijd werd aangenomen?”

Wat de overheid zou kunnen doen, maar niet doet

Gitta heeft bijna alle rapporten en onderzoeken gelezen die over bestrijdingsmiddelen bestaan en kent elke giftige stof bij naam. Sommige stoffen zijn niet meer toegestaan, maar worden nog steeds gebruikt. Zoals stoffen die het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) in de tussentijd verboden heeft. Ook worden er nog steeds stoffen gebruikt die op de lijst van Zeer Zorgwekkende Stoffen van het RIVM staan.

Gitta: “Ik besef dat bestrijdingsmiddelen soms nodig zijn, maar er wordt niet gelet op wat en hoeveel er wordt gespoten. Er bestaat geen landelijke lijst waarop dit wordt bijgehouden. Er is geen handhaving. En controle door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) is er bijna niet.”

Volgens Gitta zou een ruime ‘spuitvrije zone’ al duidelijker maken dat de gezondheid van omwonenden meetelt. Met zo’n zone moet er bij het spuiten genoeg afstand worden gehouden tot haar woning. Een logische gedachte, want bestrijdingsmiddelen verspreiden zich via de lucht, worden ingeademd en slaan neer in de directe leefomgeving. Zelfs in huis.

“Er bestaan wel spuitvrije zones voor oppervlaktewater zoals sloten, omdat de gebruikte bestrijdingsmiddelen slecht zijn voor de natuur. Het mogelijke risico voor de gezondheid van omwonenden zou dan toch veel meer aandacht moeten krijgen? Wat als blijkt dat wat hier gespoten wordt, veel schadelijker is dan altijd werd gedacht? Wetenschappers hebben bijvoorbeeld al een sterk vermoeden dat bestrijdingsmiddelen onder andere de ziekte van Parkinson kunnen veroorzaken.”

Gitta: “De gezondheid van mensen die er wonen, zou moeten worden meegenomen in het maken van besluiten in omgevingsplannen. In de Omgevingswet staat dat mensen recht hebben op een gezonde leefomgeving. Maar al jaren krijgen andere belangen voorrang. Duidelijke regels die omwonenden beter beschermen tegen het verspreiden van bestrijdingsmiddelen, kunnen een wereld van verschil betekenen.”

“Al mijn vrije tijd ging hieraan op. De tijd met mijn zonen krijg ik niet meer terug.”

Verloren tijd

De situatie maakt Gitta boos en moedeloos. En zorgt voor veel stress en zorgen bij haarzelf én binnen haar gezin.

Ze legt uit: “Waar we ooit dachten een fijne plek te hebben gevonden, wordt ons woonplezier overschaduwd door deze strijd. Verhuizen is een keer besproken, maar daarmee verplaatst het probleem zich naar de volgende koper. We hebben besloten om op deze verder prachtige plek te blijven wonen en te blijven strijden voor een gezondere leefomgeving. Niet alleen voor onszelf, maar ook voor de omgeving en voor anderen in Nederland die onze situatie herkennen.”

Gitta werkt drie dagen per week en was de afgelopen jaren op al haar vrije dagen bezig met deze strijd. Kostbare tijd die ze liever met haar gezin had doorgebracht. Ze vertelt: “Ik heb hier stapels aan wetten en rapporten liggen, die heb ik allemaal gelezen, wat veel tijd kost. En al strijd ik ook voor de toekomst van mijn zonen: de tijd met hen krijg ik niet meer terug – dat raakt me.”

Gitta: “Ik zie mezelf niet als slachtoffer van een misdrijf. Maar ik voel me wel slachtoffer van een overheid die haar taak niet goed uitvoert. De overheid zou onze gezondheid moeten beschermen. In plaats daarvan voelen we ons in de steek gelaten.”

Toch geeft ze niet op en houdt ze ondanks alles hoop dat ze iets in gang kan zetten. Ze hoopt dat bestrijdingsmiddelen binnenkort niet meer zonder vergunning mogen worden gespoten. Dat in de wet spuitvrije zones worden opgenomen, zodat er voldoende afstand blijft tot woningen. En het liefst ziet ze dat biologisch telen heel normaal wordt – dan heb je ook geen spuitvrije zones meer nodig.

Gitta: “Ik weiger op te geven, anders zou alles wat ik tot nu toe geprobeerd heb voor niets zijn geweest. En niets doen is gewoon geen optie, ik wil er alles aan hebben gedaan om onze gezondheid te beschermen. Tot nu toe lijkt de overheid economisch gewin nog steeds belangrijker te vinden dan de gezondheid van inwoners zoals wij. Hoe moeilijk het misschien ook is om bestaande wetten te veranderen: dit moeten we niet zomaar accepteren.”

“Blijf je uitspreken: jouw stem en jouw belang doen ertoe.”

Verandering is mogelijk

Gitta is ervan overtuigd dat je samen wél voor verandering kunt zorgen. Zeker met steun en erkenning vanuit je omgeving, zoals ze die in de tussentijd gelukkig ook zelf heeft gevonden. Organisaties zoals het IPLO (Informatiepunt Leefomgeving), Fonds Slachtofferhulp, AARDige buren, Urgenda en Stichting Gezondheid op 1 bleken een grote steun. Zij helpen Gitta onder andere met juridische informatie, financiële ondersteuning en advies.

Gitta: “Het IPLO gaf me advies over wat we konden doen om onze leefomgeving te beschermen tegen schadelijke activiteiten. En adviseerde om een maatwerkvoorschrift aan te vragen met daarbij de vraag om regels op te nemen in het omgevingsplan. En op bijeenkomsten van Fonds Slachtofferhulp vond ik veel herkenning en steun. Via hen kwam ik in contact met advocaten, andere experts en lotgenoten.”

Ook AARDige buren is een organisatie waarvan Gitta anderen zou aanraden om er direct contact mee op te nemen. Gitta: “Behalve veel informatie over bestrijdingsmiddelen, vind je er ook voorbeeldbrieven die je naar je gemeente of provincie kunt sturen.”

Daarnaast heeft Gitta veel steun aan het contact met andere burgers die voor een veilige en gezonde leefomgeving strijden. Gitta: “Als je je in mijn situatie herkent, weet dan dat je dit niet alleen hoeft te dragen. Samen kunnen we zorgen voor verandering, als we ons maar blijven uitspreken. Jouw stem en jouw belang doen ertoe.”

Gitta sluit af met duidelijke woorden aan de overheid: “Meer handhaving en strengere regels voor bestrijdingsmiddelen zijn nodig. Bescherm de mensen en gezinnen die naast velden wonen waar die middelen worden gebruikt. En laat de gemeentes dit niet zelf invullen, maar zorg voor landelijk beleid waarbij álle belangen eerlijk worden meegenomen. Verandering is mogelijk, nu nog de politieke wil.”

* Om privacy-redenen is de foto van Gitta niet echt. Haar verhaal is dat wel.

Wil je zelf jouw verhaal delen op Slachtofferwijzer, anoniem of onder je eigen naam? Dit kan veel steun en herkenning geven aan lotgenoten. Lees meer over het delen van jouw verhaal op Slachtofferwijzer.

Lees verder

Wat vind je goed en wat mis je nog op deze pagina? Laat het ons alsjeblieft weten!